Ga verder naar de inhoud

BC/22-0127

Non fondée Beroepscommissie Commission d'Appel Disciplinaire Mesure d'ordre
TUCHT - SANCTIETOEMETING - ONTSLAG - REGIMEMUTATIE

Hoewel er onduidelijkheid is omtrent de aanleiding van de discussie met de betrokken beambte, met name of deze klager inderdaad provoceerde met een racistische opmerking, houdt de directeur wel degelijk rekening met deze omstandigheid. Bovendien hield de directie rekening met de rustige houding van klager bij het verlaten van de werkvloer. Deze elementen brachten de directie tot een eerder milde straftoemeting. De directie had thans immers een effectieve tuchtsanctie tot 15 dagen ATV kunnen opleggen, zodat de thans grotendeels (5/7) voorwaardelijk opgelegde tuchtsanctie van 7 dagen ATV redelijk en billijk is.
Hoewel de afzetting werk werd genomen vooraleer de opgelegde ATV sanctie goed en wel was afgelopen en de instructies van DG Epi voorschrijven om slechts “na afloop van de sanctie” te beoordelen, zijn er thans geen andere elementen in het dossier die kunnen wijzen op een verdoken tuchtsanctie. De beslissing tot afzetting van werk werd immers niet genomen met als doel om klager te bestraffen voor de feiten uit het RAD, nu in de motivering wordt verwezen naar een historiek van voorgaande incidenten op de werkvloer die kunnen getuigen van een vertrouwensbreuk die al een vroegere oorsprong kende.
Ook de regimemutatie doet zich niet voor als een verdoken tuchtsanctie of onredelijke ordemaatregel, nu klager naar aanleiding van een eerder incident van verbale agressie op de werkvloer nog een kans heeft gekregen om op het open regime te blijven.