Ga verder naar de inhoud

KC32/24-0045

Irrecevable KC - Turnhout Commission des plaintes Pas de décision du directeur
GEEN BESLISSING DIRECTEUR - BEVOEGDHEID - RELIGIE

Klager is het oneens met het gegeven dat hem de toegang tot de (gemeenschappelijke) protestantse eredienst werd ontzegd. De klachtencommissie stelt vast dat klager zich op het moment van het plaatsvinden van de eredienst onder ATV bevond, waardoor artikel 140 Basiswet van toepassing was.

Het feit dat klager de toegang geweigerd werd, betrof volgens de klachtencommissie dan ook geen geïndividualiseerde weigeringsbeslissing (van de kwartierchef) maar een toepassing van de algemene regel dat een gedetineerde tijdens de uitvoering van de ATV niét aan gemeenschappelijke activiteiten, waaronder de gemeenschappelijke eredienst, mag deelnemen. Dat dit in andere gevangenissen eventueel wel wordt toegestaan, doet hier geen afbreuk aan.

Het is volgens de klachtencommissie niet zo dat het verbod dat in artikel 140 Basiswet wordt geformuleerd voor niet-bestaande zou moeten gehouden worden door de formulering van artikel 74 Basiswet (“zonder beperkingen” … “naar eigen keuze”). De interpretatie die klager voorstaat berust volgens de klachtencommissie op een verkeerd begrip van de onderlinge verhouding tussen de van toepassing zijnde wetsartikelen. Artikel 74 Basiswet is geen hogere rechtsnorm ten aanzien van artikel 140 Basiswet. Tijdens de uitvoering van een ATV is het dan ook wel degelijk het artikel 140 Basiswet dat gerespecteerd dient te worden.

Indien klager een uitzondering op het verbod van artikel 140 Basiswet wenste, had hij hiervoor toestemming moeten vragen aan de directeur. Klager maakt het niet aannemelijk dat hij dit in het voorliggend dossier gevraagd heeft, zodat er geen sprake is van een geïndividualiseerde weigering. Klager brengt enkel schriftelijke stukken bij waaruit blijkt dat hij het incident achteraf bij de directie aankaartte.

Volgens de klachtencommissie is er in het voorliggend dossier dan ook geen sprake van een geïndividualiseerde beslissing door of namens de directeur in de zin van artikel 148 Basiswet. De klacht is niet-ontvankelijk.
Un dossier d'appel a été ouvert avec la référence BC/24-0129