ORDEMAATREGEL - BEZOEK
Het ongestoord bezoek werd geweigerd omwille van het feit dat de bezoekster in het verleden verboden substanties trachtte binnen te brengen. In haar schriftelijk verweer voegt de directie hieraan toe dat de naam van klager vaak in verband wordt gebracht met drugstrafiek intra muros. Ook zou klager bij zijn onthaalgesprek hebben aangegeven dat zowel hij als zijn partner verboden substanties gebruiken.
De klachtencommissie stelt vast dat het incident waarnaar de directie in haar motivering verwijst dateert van juni 2022. De directie gebruikte dit incident al herhaaldelijk (blijkens het verweer al 3x) om een weigering te verantwoorden. De Basiswet voorziet enkel in een tijdelijke weigering. De klachtencommissie acht de beslissing om klager ongestoord bezoek van zijn partner te (blijven) weigeren, gemotiveerd op basis van een incident van juni 2022, zonder dat hierbij in de motivering enig bijkomend element wordt aangehaald waaruit blijkt dat er (na al die maanden nog steeds) redenen bestaan om aan te nemen dat deze inbreuk zich kan herhalen, onredelijk. De klachtencommissie onderkent de verantwoordelijkheid die op de schouders van de directie rust om het binnenbrengen van verboden substanties zoveel als mogelijk tegen te gaan en begrijpt dat zij hierdoor de nodige voorzichtigheid en terughoudendheid aan de dag legt. Toch mag dergelijke terughoudendheid niet leiden tot een onnodige inperking van de rechten van klager. De klacht is gegrond. De beslissing wordt vernietigd. De klachtencommissie beslist dat haar beslissing in de plaats treedt (artikel 158 §3, 2° Basiswet). Het ongestoord bezoek tussen klager en zijn partner wordt toegestaan.
Het ongestoord bezoek werd geweigerd omwille van het feit dat de bezoekster in het verleden verboden substanties trachtte binnen te brengen. In haar schriftelijk verweer voegt de directie hieraan toe dat de naam van klager vaak in verband wordt gebracht met drugstrafiek intra muros. Ook zou klager bij zijn onthaalgesprek hebben aangegeven dat zowel hij als zijn partner verboden substanties gebruiken.
De klachtencommissie stelt vast dat het incident waarnaar de directie in haar motivering verwijst dateert van juni 2022. De directie gebruikte dit incident al herhaaldelijk (blijkens het verweer al 3x) om een weigering te verantwoorden. De Basiswet voorziet enkel in een tijdelijke weigering. De klachtencommissie acht de beslissing om klager ongestoord bezoek van zijn partner te (blijven) weigeren, gemotiveerd op basis van een incident van juni 2022, zonder dat hierbij in de motivering enig bijkomend element wordt aangehaald waaruit blijkt dat er (na al die maanden nog steeds) redenen bestaan om aan te nemen dat deze inbreuk zich kan herhalen, onredelijk. De klachtencommissie onderkent de verantwoordelijkheid die op de schouders van de directie rust om het binnenbrengen van verboden substanties zoveel als mogelijk tegen te gaan en begrijpt dat zij hierdoor de nodige voorzichtigheid en terughoudendheid aan de dag legt. Toch mag dergelijke terughoudendheid niet leiden tot een onnodige inperking van de rechten van klager. De klacht is gegrond. De beslissing wordt vernietigd. De klachtencommissie beslist dat haar beslissing in de plaats treedt (artikel 158 §3, 2° Basiswet). Het ongestoord bezoek tussen klager en zijn partner wordt toegestaan.