KC32/21-0104
Non fondée
KC - Turnhout
Commission des plaintes
Mesure d'ordre
ORDEMAATREGEL - BEZOEK - ZORGVULDIGHEIDSPLICHT - REKENINGEN
Na één maand detentie kan de gedetineerde een verzoek tot ongestoord bezoek indienen met een persoon die gedurende minstens 6 maanden belangstelling heeft getoond die toelaat te geloven in de oprechtheid van de relatie met de gedetineerde. Klager deed een aanvraag voor een ongestoord bezoek van een vriendin, zonder dat hij hierbij enige stukken heeft gevoegd of motivering heeft gegeven. De directie heeft zich voor haar weigering gebaseerd op twee elementen:
- De persoon waarmee klager ongestoord bezoek aanvraagt kwam pas midden november een eerste keer op bezoek bij klager, waardoor de directie ervan uitging dat de termijn van 6 maanden dan pas is beginnen lopen.
- Klager vroeg in september nog een ongestoord bezoek van een andere persoon aan.
Enkel in het kader van zijn klachtendossier brengt klager stukken bij waaruit blijkt dat hij al sinds juni 2021 ‘in contact staat’ met de persoon waarmee hij ongestoord bezoek aanvraagt, althans dat er een storting vanwege klager naar deze persoon gebeurde. De elementen die de directie in haar besluitvorming moet betrekken situeren zich volgens de Klachtencommissie hoofdzakelijk in de psychosociale sfeer. De Klachtencommissie acht het géén schending van de zorgvuldigheidsplicht dat de directie zich voorafgaandelijk aan haar beslissing niet vergewist heeft van eventuele financiële transacties tussen klager en de persoon waarmee hij ongestoord bezoek aanvraagt. De Klachtencommissie is van oordeel dat de beslissing tot weigering in het licht van bovenstaande elementen de toets van de redelijkheid doorstaat. De klacht is ongegrond.
Na één maand detentie kan de gedetineerde een verzoek tot ongestoord bezoek indienen met een persoon die gedurende minstens 6 maanden belangstelling heeft getoond die toelaat te geloven in de oprechtheid van de relatie met de gedetineerde. Klager deed een aanvraag voor een ongestoord bezoek van een vriendin, zonder dat hij hierbij enige stukken heeft gevoegd of motivering heeft gegeven. De directie heeft zich voor haar weigering gebaseerd op twee elementen:
- De persoon waarmee klager ongestoord bezoek aanvraagt kwam pas midden november een eerste keer op bezoek bij klager, waardoor de directie ervan uitging dat de termijn van 6 maanden dan pas is beginnen lopen.
- Klager vroeg in september nog een ongestoord bezoek van een andere persoon aan.
Enkel in het kader van zijn klachtendossier brengt klager stukken bij waaruit blijkt dat hij al sinds juni 2021 ‘in contact staat’ met de persoon waarmee hij ongestoord bezoek aanvraagt, althans dat er een storting vanwege klager naar deze persoon gebeurde. De elementen die de directie in haar besluitvorming moet betrekken situeren zich volgens de Klachtencommissie hoofdzakelijk in de psychosociale sfeer. De Klachtencommissie acht het géén schending van de zorgvuldigheidsplicht dat de directie zich voorafgaandelijk aan haar beslissing niet vergewist heeft van eventuele financiële transacties tussen klager en de persoon waarmee hij ongestoord bezoek aanvraagt. De Klachtencommissie is van oordeel dat de beslissing tot weigering in het licht van bovenstaande elementen de toets van de redelijkheid doorstaat. De klacht is ongegrond.