KC32/21-0031
Fondée
Compensation
KC - Turnhout
Commission des plaintes
Disciplinaire
TUCHT - RECHT OP TEGENSPRAAK - TEGEMOETKOMING
Uit de klacht van klager en uit het schriftelijk verweer van de directeur blijkt dat klager ervoor opteerde om zijn verweermiddelen op papier te zetten. Hier is gedurende de tuchtprocedure echter geen rekening mee gehouden, zoals blijkt uit de motivering van de tuchtbeslissing, waarin de directie enkel verwijst naar de afwezigheid van klager ter tuchtrechtelijke hoorzitting, met de vermelding: “Helaas kan de directie hem geen bijkomende vragen stellen, gezien betrokkene afziet van het recht te verschijnen op de hoorzitting.” De tuchtbeslissing werd dan ook genomen met miskenning van de rechten van verdediging. De klacht is gegrond. De tuchtbeslissing wordt vernietigd. Klager krijgt als tegemoetkoming de keuze tussen één extra wandeling bovenop het wettelijke minimum OF een extra lang douchemoment van 15 minuten.
De Klachtencommissie stelt op basis van de verklaringen van de directeur tijdens het horen op 20 april 2021 vast dat de directie zelfs na kennisname van de inhoudelijke argumenten van klager ter gelegenheid van de klachtenprocedure de mening toegedaan blijft dat het voorwerp beschouwd moet worden als een scherp voorwerp waarvan het voor klager verboden is om het in zijn bezit te hebben, zoals bepaald door het Huishoudelijk Reglement. De Klachtencommissie is van oordeel dat het voorwerp inderdaad geen in de verblijfsruimte toegelaten voorwerp betreft in de zin van het Huishoudelijk Reglement en dat de vernietiging van de tuchtbeslissing dan ook niet met zich meebrengt dat klager opnieuw in het bezit moet worden gesteld van het voorwerp.
Uit de klacht van klager en uit het schriftelijk verweer van de directeur blijkt dat klager ervoor opteerde om zijn verweermiddelen op papier te zetten. Hier is gedurende de tuchtprocedure echter geen rekening mee gehouden, zoals blijkt uit de motivering van de tuchtbeslissing, waarin de directie enkel verwijst naar de afwezigheid van klager ter tuchtrechtelijke hoorzitting, met de vermelding: “Helaas kan de directie hem geen bijkomende vragen stellen, gezien betrokkene afziet van het recht te verschijnen op de hoorzitting.” De tuchtbeslissing werd dan ook genomen met miskenning van de rechten van verdediging. De klacht is gegrond. De tuchtbeslissing wordt vernietigd. Klager krijgt als tegemoetkoming de keuze tussen één extra wandeling bovenop het wettelijke minimum OF een extra lang douchemoment van 15 minuten.
De Klachtencommissie stelt op basis van de verklaringen van de directeur tijdens het horen op 20 april 2021 vast dat de directie zelfs na kennisname van de inhoudelijke argumenten van klager ter gelegenheid van de klachtenprocedure de mening toegedaan blijft dat het voorwerp beschouwd moet worden als een scherp voorwerp waarvan het voor klager verboden is om het in zijn bezit te hebben, zoals bepaald door het Huishoudelijk Reglement. De Klachtencommissie is van oordeel dat het voorwerp inderdaad geen in de verblijfsruimte toegelaten voorwerp betreft in de zin van het Huishoudelijk Reglement en dat de vernietiging van de tuchtbeslissing dan ook niet met zich meebrengt dat klager opnieuw in het bezit moet worden gesteld van het voorwerp.