Ga verder naar de inhoud

KC32/21-0001

Non fondée KC - Turnhout Commission des plaintes Disciplinaire
TUCHT - SCHADE - DERDEN - TOEREKENBAARHEID

Uit het dossier blijkt dat de directeur zich voor het bewijs van de feiten heeft gebaseerd op de inhoud van het RAD van 7 december 2020 voor wat betreft de materiële vaststellingen, gecombineerd met het feit dat de schade er nog niet was op het ogenblik van een eerdere celcontrole, en dat in de periode tussen die eerdere celcontrole en de vaststellingen in het RAD enkel klager en zijn celgenoot in de cel verbleven hebben. De Klachtencommissie kan klager niet volgen in zijn bewering dat de tuchtsanctie onterecht is omdat zijn celgenoot de verantwoordelijkheid voor de schade aan de koelkast op zich heeft genomen, nu het tegendeel blijkt uit het verslag van de tuchtrechtelijke hoorzitting van zijn celgenoot: “Betrokkene geeft aan dat hij niets weet over de koelkast.” Klager geeft blijk van een eigen feitelijke beoordeling, maar hij maakt het volgens de Klachtencommissie niet aannemelijk dat de directeur bij zijn beoordeling van het bewezen zijn van de ten laste gelegde feiten en de toerekenbaarheid ervan aan hem tot een conclusie is gekomen die de grenzen van de redelijkheid te buiten gaan. De Klachtencommissie oordeelt bovendien dat de motivering van de tuchtbeslissing van 19 december 2020 in overeenstemming is met artikel 8 van de Basiswet en dat de opgelegde sanctie van 5 dagen ATV (en 2 dagen ATV voorwaardelijk gedurende 30 dagen) redelijk is. De klacht is ongegrond.
De Klachtencommissie merkt op dat er méér dan de in artikel 144 §6 van de Basiswet voorziene 24u verstreken zijn tussen het horen van de gedetineerde (17 december 2020, einduur 11.30u) en het nemen van de beslissing (18 december om 12.08u), maar stelt vast dat dit in casu het gevolg was van het feit dat de directie gehoor heeft willen geven aan de oproep van de advocate van klager om de tuchtrechtelijke hoorzitting van zijn celgenoot af te wachten alvorens een tuchtbeslissing te nemen. Om die reden meent de Klachtencommissie in dit geval dan ook geen verder gevolg te moeten verbinden aan het overschrijden van de wettelijke termijn.