Ga verder naar de inhoud

KC21/21-0057

Non fondée KC - Merksplas Commission des plaintes Disciplinaire
TUCHT - MOTIVERING - TOEREKENBAARHEID - SANCTIE

De directeur kon er volgens de Klachtencommissie redelijkerwijs vanuit gaan dat de omschreven feiten gekwalificeerd konden worden als een inbreuk zoals bepaald in artikel 129, 5° van de Basiswet. Het RAD dat voor klager problematisch is, werd aangehaald ter tuchtzitting, maar de feiten die daarin staan opgenomen, werden niet bestraft in de bestreden tuchtbeslissing. Hoewel de Klachtencommissie begrip kan opbrengen voor eventuele frustraties die kunnen rijzen naar aanleiding van het ontvangen van een RAD dat volgens klager niet met de waarheid strookt (maar de toetsingsbevoegdheid van de Klachtencommissie strekt zich hier niet toe uit) acht zij het belangrijk dat klager eventuele frustraties op een gepaste manier uit. De Klachtencommissie acht de opgelegde tuchtsanctie van 15 dagen voorwaardelijk gedurende 3 maanden redelijk, nu uit het voorwaardelijke aspect blijkt dat de directie rekening heeft gehouden met het schuldbesef in hoofde van klager en de door hem aangeboden verontschuldigingen. De klacht is ongegrond.