Ga verder naar de inhoud

KC21/21-0018

Non fondée KC - Merksplas Commission des plaintes Mesure d'ordre
ORDEMAATREGEL - ARBEID - ONTSLAG - VERTROUWENSFUNCTIE

De directie heeft inhoudelijk beargumenteerd waarom zij klager niet langer geschikt achtte voor de functie van diender, nu hij omwille van zijn persoonlijke situatie een hoge nood voelde om regelmatig te ventileren, hetgeen voor een bepaalde dynamiek binnen het kwetsbare publiek van de afdeling. Bovendien was na afloop van de 'therapeutische maatregel' die gedurende 14 dagen aan klager werd opgelegd het werk ook niet langer beschikbaar. De Klachtencommissie vindt de inschatting van de directie, waarbij de belangen van klager werden afgewogen tegen de belangen van de ganse afdeling, redelijk. Bovendien heeft de directie naar andere oplossingen gezocht door klager andere taken toe te kennen. Volgens de Klachtencommissie doorstaat de genomen maatregel dan ook de toets van de proportionaliteit zoals opgelegd door artikel 105, tweede lid van de Basiswet. De motivering van de ordemaatregel is in overeenstemming met artikel 8 van de Basiswet. De motivering is voldoende duidelijk en stelt de betrokkene in staat om de reden van het ontslag te begrijpen. De Klachtencommissie stelt vast dat klager zich ook deels kan vinden in de motivering van de directie, zoals hij reeds in zijn klacht beschrijft. De klacht is ongegrond.