Ga verder naar de inhoud

KC20/23-0018

Fondée KC - Mechelen Commission des plaintes Fouille à corps
FOUILLE LICHAAM

Een fouille op het lichaam is slechts gerechtvaardigd wanneer er individuele aanwijzingen zijn dat het onderzoek aan de kledij niet volstaat om na te gaan of de gedetineerde in het bezit is van voorwerpen of substanties die verboden of gevaarlijk kunnen zijn. In casu heeft de directeur een beslissing tot het opleggen van een fouillering op het lichaam bevolen met als motivering: “Verdachte handelingen op de wandeling.” De klachtencommissie is van oordeel dat de motivering van de beslissing geen concrete elementen aanhaalt waarom men vermoedt dat klager in het bezit zou zijn van verboden voorwerpen. De verdachte handelingen worden niet geconcretiseerd en geïndividualiseerd. De ogenschijnlijk algemene motivering wordt ook niet ondersteund door enige observatienota of rapport aan de directeur. In de beslissing is bovendien ook niet gemotiveerd waarom een onderzoek aan de kledij niet zou volstaan om na te gaan of klager in het bezit was van verboden voorwerpen. De wet bepaalt niet dat men voor de fouille op het lichaam eerst een fouille op de kledij doet. Wanneer een minder ingrijpende methode, zoals een fouille op de kledij, niet volstaat, moet men echter wel motiveren waarom dat zo is. De klachtencommissie is van oordeel dat de beslissing tot het opleggen van een fouillering op het lichaam niet voldoet aan de voorwaarden uit de Basiswet. De klacht is gegrond.

Naast de beslissing tot het opleggen van een naaktfouille, beklaagt klager zich ook over de uitvoering van de naaktfouille. Hij heeft geen handdoek gekregen. Volgens de procedure zoals vastgelegd in bijlage 3 van CB nr. 141 wordt er een handdoek overhandigd aan de gedetineerde. Klager moet hier volgens de klachtencommissie niet zelf om vragen. Volgens de klachtencommissie kadert het verstrekken van een handdoek in de eerbiediging van de waardigheid van de gedetineerde zoals opgelegd door de Basiswet. Door het verstrekken van een handdoek kan immers vermeden worden dat klager zijn lichaam gedurende de hele procedure volledig moet ontbloten. De klachtencommissie is van oordeel dat de uitvoering van de fouille gebrekkig was in zoverre er niet automatisch een handdoek werd verstrekt aan klager. Er is sprake van een schending van de Basiswet in samenhang gelezen met de procedure zoals opgelegd door bijlage 3 van CB 141. De klacht is gegrond.