KC17/20-0002
Non fondée
KC - Leuven Hulp
Commission des plaintes
Disciplinaire
TUCHT
De verklaringen van de twee medegedetineerden diende niet als determinerend bewijs, maar louter een aanleiding en ondersteuning van de vaststelling van de betrokken penitentiair bewakingsassistent. Het gegeven dat de feiten in het rapport aan de directie niet bevestigd werden door één of meerdere getuigen betekent niet dat er gerede twijfel bestaat omtrent de juistheid van de in het RAD beschreven feiten, nu de mondelingen opmerkingen zoals ingewonnen bij PBA geen ander licht deden schijnen op de feiten in het rapport aan de directie. De Klachtencommissie stelt vast dat de directie bij het bepalen van de tuchtsanctie de nodige redelijkheid en billijkheid aan de dag heeft gelegd. De klacht is ongegrond.
De verklaringen van de twee medegedetineerden diende niet als determinerend bewijs, maar louter een aanleiding en ondersteuning van de vaststelling van de betrokken penitentiair bewakingsassistent. Het gegeven dat de feiten in het rapport aan de directie niet bevestigd werden door één of meerdere getuigen betekent niet dat er gerede twijfel bestaat omtrent de juistheid van de in het RAD beschreven feiten, nu de mondelingen opmerkingen zoals ingewonnen bij PBA geen ander licht deden schijnen op de feiten in het rapport aan de directie. De Klachtencommissie stelt vast dat de directie bij het bepalen van de tuchtsanctie de nodige redelijkheid en billijkheid aan de dag heeft gelegd. De klacht is ongegrond.