KC16/21-0014
Fondée
KC - Leuven Centraal
Commission des plaintes
Autre décision directeur
Disciplinaire
Mesure d'ordre
TUCHT - ORDEMAATREGEL - VERBODEN SUBSTANTIES - PUNTENSYSTEEM
De klachtencomissie neemt aan dat een op de gang waargenomen geur aanleiding kan geven tot een celcontrole. Deze celcontrole gebeurde grondig, maar toch stelt de klachtencommissie vast dat noch de grondige celcontrole, noch het onderzoek van de in de cel aangetroffen materialen, noch de fouillering
op het lichaam enige aanwezigheid of aanwijsbare sporen van wiet of een andere verboden substantie hebben aangetoond. De directie kon niet in redelijkheid en billijkheid besluiten tot het bewezen achten van het bezit van of de handel in de door de wet verboden substanties.
De klacht is gegrond.
De uit deze voorgaande beslissing voortvloeiende vijf punten vervallen door het vernietigen van de tuchtsanctie. Tevens kan de Klachtencommissie afleiden dat de directie met het opleggen van de punten aan klager een duidelijke intentie tot bestraffen had, buiten het wettelijke kader van de Basiswet om. Er is hierbij een schending van artikel 124, § 1 Basiswet.
De klacht is gegrond.
Aangezien de Klachtencommissie van oordeel is dat de tuchtsanctie moet worden vernietigd, volgt hieruit dat ook de ordemaatregel moet worden vernietigd.
De klacht is gegrond.
De klachtencomissie neemt aan dat een op de gang waargenomen geur aanleiding kan geven tot een celcontrole. Deze celcontrole gebeurde grondig, maar toch stelt de klachtencommissie vast dat noch de grondige celcontrole, noch het onderzoek van de in de cel aangetroffen materialen, noch de fouillering
op het lichaam enige aanwezigheid of aanwijsbare sporen van wiet of een andere verboden substantie hebben aangetoond. De directie kon niet in redelijkheid en billijkheid besluiten tot het bewezen achten van het bezit van of de handel in de door de wet verboden substanties.
De klacht is gegrond.
De uit deze voorgaande beslissing voortvloeiende vijf punten vervallen door het vernietigen van de tuchtsanctie. Tevens kan de Klachtencommissie afleiden dat de directie met het opleggen van de punten aan klager een duidelijke intentie tot bestraffen had, buiten het wettelijke kader van de Basiswet om. Er is hierbij een schending van artikel 124, § 1 Basiswet.
De klacht is gegrond.
Aangezien de Klachtencommissie van oordeel is dat de tuchtsanctie moet worden vernietigd, volgt hieruit dat ook de ordemaatregel moet worden vernietigd.
De klacht is gegrond.