Ga verder naar de inhoud

KC10/23-0042

Non fondée KC - Hasselt Commission des plaintes Disciplinaire
TUCHT - FOUILLE LICHAAM - VERBODEN SUBSTANTIES

Klager meent dat de tuchtbeslissing onwettig is omdat de fouillering op het lichaam, die de aanleiding was voor de vondst van de drugs, onwettig was. Volgens klager kan men niet meteen overgaan tot een naaktfouille, maar moet eerst een onderzoek aan de kledij gebeuren. De klachtencommissie is van oordeel dat de motivering van de beslissing concrete elementen bevat waarom de directeur het vermoeden had dat klager na zijn ongestoord bezoek in het bezit zou zijn van verboden voorwerpen. In de beslissing is bovendien gemotiveerd waarom een onderzoek aan de kledij niet zou volstaan om na te gaan of klager in het bezit was van drugs. De wet bepaalt niet dat men voor de fouille op het lichaam eerst een fouille op de kledij moet doen. Wanneer een minder ingrijpende methode, zoals een fouille op de kledij, echter niet zou volstaan, moet men wel motiveren waarom dat zo is. De klachtencommissie is van oordeel dat de beslissing tot het opleggen van een fouillering op het lichaam voldeed aan de voorwaarden uit de Basiswet.

De klachtencommissie meent dat de uitvoering en het resultaat van de naaktfouille helder en duidelijk werden genoteerd in het RAD. De rapporten aan de directeur vormen voor de directie een belangrijke basis als bewijs voor een tuchtrechtelijke inbreuk. De directie mag in de motivering van haar beslissing verwijzen naar een  voldoende duidelijk opgesteld RAD. Zij mag op basis daarvan een tuchtsanctie opleggen omdat de directie er redelijkerwijze kan van uitgaan dat deze rapporten een correcte weergave zijn van de feiten, tenzij er overtuigende elementen worden aangevoerd die het tegendeel aantonen. Gelet op de bekentenis van klager tijdens de tuchtrechtelijke hoorzitting, is de klachtencommissie van oordeel dat de directeur in redelijkheid en billijkheid de tuchtinbreuk kon bewezen verklaren. De directeur legde een algemene tuchtsanctie op in de vorm van dertig dagen ATV. Voor een tuchtinbreuk van eerste categorie is dit de maximale tuchtsanctie. De tuchtsanctie is bijgevolg wettig. De klachtencommissie is bovendien van oordeel dat de tuchtsanctie ook niet onredelijk of onbillijk is gelet op de hoeveelheid gevonden drugs.

De klacht is ongegrond.