KC09/20-0012
Non fondée
Fondée
Irrecevable
KC - Gent
Commission des plaintes
Mesure provisoire
Disciplinaire
Pas de décision du directeur
VOORLOPIGE MAATREGEL - MOTIVERING - TUCHT - VERBODEN SUBSTANTIES
De Klachtencommissie wijst erop dat uitsluitend de directeur kan beslissen een voorlopige maatregel te nemen. Alleen wanneer de situatie van gevaar geen enkel uitstel duldt, kunnen ook andere personeelsleden van de gevangenis deze beslissing nemen, mits onmiddellijke kennisgeving ervan aan de directeur, die dan een beslissing neemt. De Klachtencommissie stelt vast dat in casu niet aangetoond wordt waarom de directeur de beslissing niet kon nemen. Bovendien wijst de Klachtencommissie er op dat een voorlopige maatregel van verplicht verblijf in de aan de gedetineerde toegewezen verblijfsruimte enkel kan worden opgelegd als er geoordeeld wordt dat er sprake is van een “ernstige en opzettelijke aantasting van de interne veiligheid”. De Klachtencommissie stelt vast dat niet wordt gemotiveerd waarom het gedrag van klager als een aantasting van de interne veiligheid werd aanzien en al zeker niet waaruit blijkt dat deze aantasting een “ernstig” karakter zou hebben.
De klacht omtrent de voorlopige maatregel is gegrond.
Er werd een tuchtsanctie opgelegd wegens het uitwisselen van medicatie met andere gedetineerden. Toch kan de Klachtencommissie de directeur bijtreden waar zij de vermeende verkrachting voor het nemen van de tuchtbeslissing irrelevant acht, nu het voor elke gedetineerde verboden is onderling met andere gedetineerden medicatie uit te wisselen. Er anders over oordelen zou niet alleen de gelijke behandeling van gedetineerden, maar ook de orde en veiligheid in de gevangenis in het gedrang brengen.
De klacht omtrent de tuchtbeslissing is ongegrond.
In het schrijven van klager kan omtrent de preventieve quarantaine geen duidelijk omschreven klacht tegen een beslissing die door of namens de directie ten aanzien van klager werd genomen worden ontwaard. De klacht is onontvankelijk.
De Klachtencommissie wijst erop dat uitsluitend de directeur kan beslissen een voorlopige maatregel te nemen. Alleen wanneer de situatie van gevaar geen enkel uitstel duldt, kunnen ook andere personeelsleden van de gevangenis deze beslissing nemen, mits onmiddellijke kennisgeving ervan aan de directeur, die dan een beslissing neemt. De Klachtencommissie stelt vast dat in casu niet aangetoond wordt waarom de directeur de beslissing niet kon nemen. Bovendien wijst de Klachtencommissie er op dat een voorlopige maatregel van verplicht verblijf in de aan de gedetineerde toegewezen verblijfsruimte enkel kan worden opgelegd als er geoordeeld wordt dat er sprake is van een “ernstige en opzettelijke aantasting van de interne veiligheid”. De Klachtencommissie stelt vast dat niet wordt gemotiveerd waarom het gedrag van klager als een aantasting van de interne veiligheid werd aanzien en al zeker niet waaruit blijkt dat deze aantasting een “ernstig” karakter zou hebben.
De klacht omtrent de voorlopige maatregel is gegrond.
Er werd een tuchtsanctie opgelegd wegens het uitwisselen van medicatie met andere gedetineerden. Toch kan de Klachtencommissie de directeur bijtreden waar zij de vermeende verkrachting voor het nemen van de tuchtbeslissing irrelevant acht, nu het voor elke gedetineerde verboden is onderling met andere gedetineerden medicatie uit te wisselen. Er anders over oordelen zou niet alleen de gelijke behandeling van gedetineerden, maar ook de orde en veiligheid in de gevangenis in het gedrang brengen.
De klacht omtrent de tuchtbeslissing is ongegrond.
In het schrijven van klager kan omtrent de preventieve quarantaine geen duidelijk omschreven klacht tegen een beslissing die door of namens de directie ten aanzien van klager werd genomen worden ontwaard. De klacht is onontvankelijk.