Ga verder naar de inhoud

KC05/21-0028

Non fondée KC - Brugge Commission des plaintes Autre décision directeur
GEZONDHEID - CAMERABEELDEN

De bestreden beslissing betreft een beslissing tot plaatsing van klager in preventieve quarantaine. Klager dacht dat dit een tuchtsanctie betrof.

In de nationale instructies wordt vermeld dat de plaatsing in preventieve quarantaine een gezondheidsmaatregel betreft in uitzonderlijke omstandigheden die de directeur conform het beleid van het DG EPI oplegt ten aanzien van een gedetineerde die de instructies niet gerespecteerd heeft. De bevoegdheid om op basis van individuele aanwijzingen te beoordelen of een gedetineerde het verbod op fysiek contact heeft geschonden komt toe aan de gevangenisdirecteur. De klacht is ontvankelijk.

In tegenstelling tot hetgeen vereist is in het kader van een tuchtprocedure, ziet de Klachtencommissie geen probleem in het gegeven dat de camerabeelden niet aan klager werden getoond. De directie handelde in het kader van nationale gezondheidsmaatregelen, in het licht waarvan zij eenzijdig beslissingen kan opleggen. Deze bevoegdheid vereist geen procedure op tegenspraak. Om dezelfde reden was het niet verplicht klager de mogelijkheid te geven zich te laten bijstaan door een advocaat. De Klachtencommissie ziet geen reden om te twijfelen aan het RAD, noch aan de verklaring dat de camerabeelden de vaststellingen in het RAD bevestigden. De directeur kon redelijkerwijze voortgaan op hetgeen haar gemeld werd om zo vast te stellen dat klager de instructies niet respecteerde en te besluiten tot een plaatsing in preventieve quarantaine. Op grond hiervan besluit de Klachtencommissie dat de bestreden beslissing regelmatig en op objectieve en redelijke wijze tot stand is gekomen.
De klacht is ongegrond.