Ga verder naar de inhoud

KC05/20-0022

Non fondée Fondée KC - Brugge Commission des plaintes Mesure provisoire Disciplinaire
VOORLOPIGE MAATREGEL - HANDTEKENING - TUCHT

De bestreden beslissing waarbij aan klager een voorlopige maatregel van plaatsing op een beveiligde cel werd opgelegd werd ondertekend in opdracht van de directeur door een beambte. Uitsluitend de directeur kan beslissen een voorlopige maatregel te nemen. Alleen wanneer de situatie van gevaar geen enkel uitstel duldt, kunnen ook andere personeelsleden van de gevangenis deze beslissing nemen, mits onmiddellijke kennisgeving ervan aan de directeur. Deze uitzondering dient strikt te worden geïnterpreteerd. De Klachtencommissie stelt vast dat in casu niet aangetoond wordt waarom de directeur de beslissing niet kon nemen. Hierdoor moet de Klachtencommissie dan ook besluiten dat de bestreden beslissing niet voldoet aan de voorwaarden die door de toepasselijke regelgeving worden opgelegd.
De klacht omtrent de voorlopige maatregel is gegrond.

Klager stelt enkel dat hij de sanctie overdreven vindt en dat hij voor zijn recht zou zijn opgekomen, wat misbruikt zou worden door de cipiers. Klager werpt ook op te vermoeden dat er sprake is van racisme. De Klachtencommissie is van oordeel dat wie iemand van racisme beschuldigt, op overtuigende wijze moet aantonen waarin dit vermeend racisme bestaat. Dit is immers geen beschuldiging die lichtzinnig mag worden geuit. De Klachtencommissie kan in het dossier geen enkel element vinden waaruit blijkt dat klager op ongepaste of racistische wijze behandeld zou zijn door de directeur of het personeel van de penitentiaire instelling.
De klacht omtrent de tuchtbeslissing is ongegrond.