KC05/20-0007
Fondée
KC - Brugge
Commission des plaintes
Autre décision directeur
Disciplinaire
TUCHT - ARBEID - TAAL - RECHT OP TEGENSPRAAK - HOORPLICHT - BIJSTAND ADVOCAAT - VERTROUWENSFUNCTIE
De klacht tegen de tuchtbeslissing werd strikt gezien buiten de termijn van zeven dagen ingediend. Klager spreekt of begrijpt echter geen Nederlands en het is de Klachtencommissie niet volledig duidelijk of klager op de datum van betekening ook werkelijk op de hoogte was van de inhoud en gevolgen van de beslissing. De Klachtencommissie is van oordeel dat deze onduidelijkheid in het voordeel van de klager dient te worden uitgelegd en verklaart de klacht ontvankelijk.
De directie moet, wanneer zij een gedetineerde in het kader van een tuchtprocedure hoort, de gedetineerde in kennis stellen van de hem ten laste gelegde feiten in een taal die hij kan verstaan. Klager heeft niet verstaan wat er tijdens de tuchtrechtelijke hoorzitting werd gezegd. De gedetineerde kan enkel worden gesanctioneerd voor de tuchtrechtelijke inbreuken die hem op de door de wet voorgeschreven manier officieel ten laste worden gelegd. De gevolgde tuchtprocedure voldoet niet aan de voorwaarden die hieromtrent door de toepasselijke regelgeving worden opgelegd. Om deze redenen is de klacht gegrond.
Omwille van de bestreden tuchtbeslissing werd klager ook van een wachtlijst voor een vertrouwensfunctie geschrapt. De Klachtencommissie draagt de directeur op de werkaanvraag opnieuw te beoordelen met inachtname van de vernietiging van de tuchtbeslissing.
De klacht tegen de tuchtbeslissing werd strikt gezien buiten de termijn van zeven dagen ingediend. Klager spreekt of begrijpt echter geen Nederlands en het is de Klachtencommissie niet volledig duidelijk of klager op de datum van betekening ook werkelijk op de hoogte was van de inhoud en gevolgen van de beslissing. De Klachtencommissie is van oordeel dat deze onduidelijkheid in het voordeel van de klager dient te worden uitgelegd en verklaart de klacht ontvankelijk.
De directie moet, wanneer zij een gedetineerde in het kader van een tuchtprocedure hoort, de gedetineerde in kennis stellen van de hem ten laste gelegde feiten in een taal die hij kan verstaan. Klager heeft niet verstaan wat er tijdens de tuchtrechtelijke hoorzitting werd gezegd. De gedetineerde kan enkel worden gesanctioneerd voor de tuchtrechtelijke inbreuken die hem op de door de wet voorgeschreven manier officieel ten laste worden gelegd. De gevolgde tuchtprocedure voldoet niet aan de voorwaarden die hieromtrent door de toepasselijke regelgeving worden opgelegd. Om deze redenen is de klacht gegrond.
Omwille van de bestreden tuchtbeslissing werd klager ook van een wachtlijst voor een vertrouwensfunctie geschrapt. De Klachtencommissie draagt de directeur op de werkaanvraag opnieuw te beoordelen met inachtname van de vernietiging van de tuchtbeslissing.