KC04/24-0096
Non fondée
KC - Beveren
Commission des plaintes
Autre décision directeur
REGIMEMUTATIE - VERBODEN SUBSTANTIES - ORDEMAATREGEL - MOTIVERING
De klacht betreft een regimemutatie.
Een gevangenisdirecteur is in principe vrij om te kiezen op welke sectie of cel en met welke medegedetineerde(n) hij een gedetineerde plaatst. Deze bevoegdheid wordt niet nader geregeld in de Basiswet, waardoor ook de beslissingen die de directeur in dat kader kan nemen niet aan
specifieke voorwaarden dienen te voldoen. Het toewijzen van een cel of de overplaatsing naar een andere cel of sectie is een discretionaire bevoegdheid van de directeur. De klachtencommissie kan daarom enkel toetsen aan de redelijkheid ervan. Ten aanzien van klager werd op 14/3/2024 een schriftelijke ordemaatregel genomen.
De bestreden ordemaatregel werd genomen op basis van bepaald gedrag dat klager heeft gesteld. Zo blijkt uit de motivering dat de directie van oordeel was dat het gedrag van klager – zijn druggebruik – niet thuis hoort op een open regime. Bovendien geeft de directie aan dat klager haar vertrouwen geschonden heeft waardoor ze van oordeel is dat klager niet langer in een open regime, waar gedetineerden meer bewegingsruimte hebben, kan verblijven. Het is aldus duidelijk dat de directie een verder verblijf van klager op het open regime onverenigbaar achtte met de feiten. Bovendien vermeldt het leefreglement van het open regime uitdrukkelijk dat een mutatie zal plaatsvinden wanneer een gedetineerde een ernstige tuchtinbreuk begaat. De regimemutatie is aldus een voorzienbaar gevolg van druggebruik, wat een ernstige tuchtinbreuk uitmaakt.
De klachtencommissie is van oordeel dat de directie op basis van deze elementen redelijkerwijze de beslissing tot regimemutatie kon nemen en zij aan haar motiveringsplicht heeft voldaan. Om deze reden, is de klacht ongegrond. De bestreden beslissing blijft bestaan.
De klacht betreft een regimemutatie.
Een gevangenisdirecteur is in principe vrij om te kiezen op welke sectie of cel en met welke medegedetineerde(n) hij een gedetineerde plaatst. Deze bevoegdheid wordt niet nader geregeld in de Basiswet, waardoor ook de beslissingen die de directeur in dat kader kan nemen niet aan
specifieke voorwaarden dienen te voldoen. Het toewijzen van een cel of de overplaatsing naar een andere cel of sectie is een discretionaire bevoegdheid van de directeur. De klachtencommissie kan daarom enkel toetsen aan de redelijkheid ervan. Ten aanzien van klager werd op 14/3/2024 een schriftelijke ordemaatregel genomen.
De bestreden ordemaatregel werd genomen op basis van bepaald gedrag dat klager heeft gesteld. Zo blijkt uit de motivering dat de directie van oordeel was dat het gedrag van klager – zijn druggebruik – niet thuis hoort op een open regime. Bovendien geeft de directie aan dat klager haar vertrouwen geschonden heeft waardoor ze van oordeel is dat klager niet langer in een open regime, waar gedetineerden meer bewegingsruimte hebben, kan verblijven. Het is aldus duidelijk dat de directie een verder verblijf van klager op het open regime onverenigbaar achtte met de feiten. Bovendien vermeldt het leefreglement van het open regime uitdrukkelijk dat een mutatie zal plaatsvinden wanneer een gedetineerde een ernstige tuchtinbreuk begaat. De regimemutatie is aldus een voorzienbaar gevolg van druggebruik, wat een ernstige tuchtinbreuk uitmaakt.
De klachtencommissie is van oordeel dat de directie op basis van deze elementen redelijkerwijze de beslissing tot regimemutatie kon nemen en zij aan haar motiveringsplicht heeft voldaan. Om deze reden, is de klacht ongegrond. De bestreden beslissing blijft bestaan.