Ga verder naar de inhoud

KC04/24-0066

Non fondée Fondée KC - Beveren Commission des plaintes Mesure provisoire Disciplinaire
VOORLOPIGE MAATREGEL - TUCHT - TOEREKENBAARHEID - VERMOEDEN VAN ONSCHULD

De klacht is tweevoudig en betreft
- een voorlopige maatregel
- een tuchtbeslissing

1. De voorlopige maatregel

De klachtencommissie meent dat de directie op basis van de vondst van de verboden substanties, waarbij zij nog niet kon oordelen welke rol klager hierin speelde, redelijkerwijze kon oordelen dat er een ernstige en opzettelijke aantasting van de interne veiligheid was. Zij kon dus een voorlopige maatregel opleggen.

2. De tuchtbeslissing

Klager werd tuchtrechtelijk gesanctioneerd voor
- het bezit van of de handel in door of krachtens de wet verboden voorwerpen of substanties
- het niet-naleven van de door het huishoudelijk reglement voorgeschreven bepalingen

Mbt het bezit van of de handel in door of krachtens de wet verboden voorwerpen of substanties, merkt de klachtencommissie op dat klagers celgenoot de schuld hiervoor op zicht heeft genomen. Ze meent dat de directie heeft nagelaten te motiveren hoe de schuldbekentenis van klagers celgenoot meespeelt in het bevinden van klagers schuld, bv. omdat ze de schuldbekentenis van de celgenoot ongeloofwaardig achtte. Nochtans meent de klachtencommissie dat de schuldbekentenis van klagers celgenoot van die aard is dat zij de verantwoordelijkheid van klager uitsluit, daar het om een ondubbelzinnige schuldbekentenis gaat.

Bovendien merkt de klachtencommissie op dat van klager ook niet kan worden verwacht dat hij zijn celgenoot verklikt.

Om deze redenen, meent de klachtencommissie dat de directie de individuele tuchtrechtelijke verantwoordelijkheid van klager onvoldoende gemotiveerd heeft. De klacht is gegrond.

Met betrekking tot het niet-naleven van de door het huishoudelijk reglement voorgeschreven bepalingen, merkt de klachtencommissie op dat klager op de zitting van de klachtencommissie heeft uitgelegd dat de verbroken zegels die van Dendermonde betroffen, niet de zegels van Beveren. De directie heeft dit niet weerlegd. De klachtencommissie meent dat aan klager bezwaarlijk verweten kan worden dat de zegels van zijn voormalige gevangenis verbroken werden. De klacht is gegrond.