Ga verder naar de inhoud

KC04/23-0057

Fondée KC - Beveren Commission des plaintes Disciplinaire
TUCHT

De directie heeft zich voor het bewijs en de kwalificatie gebaseerd op de vaststellingen in het RAD, zoals gedaan door de dienstdoende PBA. Een ander personeelslid wordt vermeld als getuige van de feiten. Het rapport is duidelijk. Het personeelslid dat het rapport heeft opgesteld, vermeldt geen twijfel in het rapport.

Klager ontkent niet dat hij in discussie geweest is met de beambte toen het code oranje was. Klager moest de bevelen van het personeelslid opgevolgd hebben. De klachtencommissie meent dan ook dat de tuchtinbreuk van het geen gevolg geven aan de aanmaningen en de bevelen van het personeel bewezen is.

kwalificeerde de directie de feiten als het niet naleven van het huishoudelijk reglement. De directie verwijst in de motivering van de tuchtbeslissing niet naar de bepaling uit het huishoudelijk reglement waarvan zij meent dat deze geschonden is. Deze inbreuk kan niet weerhouden worden.

De tuchtprocedure is wettelijk verlopen. De sanctie is redelijk en billijk, rekening houdend met het tuchtregister van klager en met alle elementen in het dossier.

De klacht is gedeeltelijk gegrond. De uitspraak van de klachtencommissie moet in de plaats komen van de gedeeltelijk vernietigde beslissing.