Ga verder naar de inhoud

KC02/24-0045

Fondée KC - Antwerpen Commission des plaintes Disciplinaire
TUCHT - RECHTEN VAN VERDEDIGING - MOTIVERING - SANCTIE
Op basis van een eerste rapport aan de directeur (RAD) werd de tuchtprocedure tegen klager opgestart voor een overtreding van het huishoudelijk reglement. Nadien werd een tweede RAD opgesteld dat ten laste wordt gelegd aan klager, maar klager ontving geen tweede mededeling van opstart tuchtprocedure. Deze mededeling en de daarbij horende te overhandigen documenten kaderen binnen de rechten van verdediging van gedetineerden. Deze laten de gedetineerde en in voorkomend geval diens advocaat toe om hun verweermiddelen voor te bereiden met het oog op de tuchtrechtelijke hoorzitting. De klachtencommissie is dan ook van oordeel dat de rechten van verdediging van klager geschonden werden.

De klachtencommissie is verder van oordeel dat de tuchtbeslissing onvoldoende gemotiveerd werd. De tuchtbeslissing geeft onvoldoende weer welke tuchtinbreuken men weerhoudt en voor welke feiten.

De klachtencommissie stelt ten slotte nog vast dat de sanctie onwettig was, gezien het feit dat de tuchtbeslissing enkel werd opgesteld voor een tuchtinbreuk van de tweede categorie. Voor een tuchtinbreuk van de tweede categorie kan de afzondering in de aan de gedetineerde toegewezen verblijfsruimte (ATV) slechts voor een maximum van 15 dagen worden opgelegd. Klager werd echter gesanctioneerd met 21 dagen ATV. De sanctie is onwettig.

Om deze redenen is de klacht gegrond.