BC/23-0071
Fondée
Beroepscommissie
Commission d'Appel
Régime de sécurité particulier individuel
INDIVIDUEEL BIJZONDER VEILIGHEIDSREGIME - BEZOEK
De beroepscommissie oordeelt dat het gerechtvaardigd is om de (nieuwe) informatie waarop de DG zich baseert voor haar beslissing om het tafelbezoek ten aanzien van de ouders van beroepsindiener opnieuw te weigeren vertrouwelijk te houden. De kennisgeving ervan zou de openbare veiligheid en de interne en externe veiligheid van de gevangenis in gevaar kunnen brengen.
Uit deze nieuwe informatie blijkt evenwel opnieuw geen enkel gevaar ten aanzien van de ouders van beroepsindiener. De ouders van beroepsindiener worden op geen enkele wijze persoonlijk geviseerd. Er is dus geen absolute en dwingende noodzaak voor de interne en de externe veiligheid om het bezoek van de ouders van beroepsindiener nog steeds te laten doorgaan in een lokaal dat voorzien is van een transparante wand die de bezoekers van de gedetineerde scheidt. Hierbij houdt de beroepscommissie ook rekening met de duur waarvan beroepsindiener zich reeds in een strikt regime bevindt en de mogelijkheid om gedurende het hele tafelbezoek een verscherpt toezicht te houden.
De beroepscommissie meent daarom dat de nieuwe beslissing van de directeur-generaal onvoldoende gemotiveerd is.
Het beroep is gegrond. De beroepscommissie vernietigt de beslissing van de directeur-generaal en laat haar uitspraak overeenkomstig de artikelen 118 § 10 juncto 166 §2 juncto 158 §3, 2° van de Basiswet in de plaats treden. De beroepscommissie bepaalt dat het bezoek tussen de ouders van beroepsindiener en beroepsindiener niet meer moet plaatsvinden in een lokaal dat voorzien is van een transparante wand die de bezoekers van de gedetineerde scheidt. Aldus kan er een tafelbezoek plaatsvinden tussen beroepsindiener en zijn ouders, weliswaar onder voortdurend toezicht.
De beroepscommissie oordeelt dat het gerechtvaardigd is om de (nieuwe) informatie waarop de DG zich baseert voor haar beslissing om het tafelbezoek ten aanzien van de ouders van beroepsindiener opnieuw te weigeren vertrouwelijk te houden. De kennisgeving ervan zou de openbare veiligheid en de interne en externe veiligheid van de gevangenis in gevaar kunnen brengen.
Uit deze nieuwe informatie blijkt evenwel opnieuw geen enkel gevaar ten aanzien van de ouders van beroepsindiener. De ouders van beroepsindiener worden op geen enkele wijze persoonlijk geviseerd. Er is dus geen absolute en dwingende noodzaak voor de interne en de externe veiligheid om het bezoek van de ouders van beroepsindiener nog steeds te laten doorgaan in een lokaal dat voorzien is van een transparante wand die de bezoekers van de gedetineerde scheidt. Hierbij houdt de beroepscommissie ook rekening met de duur waarvan beroepsindiener zich reeds in een strikt regime bevindt en de mogelijkheid om gedurende het hele tafelbezoek een verscherpt toezicht te houden.
De beroepscommissie meent daarom dat de nieuwe beslissing van de directeur-generaal onvoldoende gemotiveerd is.
Het beroep is gegrond. De beroepscommissie vernietigt de beslissing van de directeur-generaal en laat haar uitspraak overeenkomstig de artikelen 118 § 10 juncto 166 §2 juncto 158 §3, 2° van de Basiswet in de plaats treden. De beroepscommissie bepaalt dat het bezoek tussen de ouders van beroepsindiener en beroepsindiener niet meer moet plaatsvinden in een lokaal dat voorzien is van een transparante wand die de bezoekers van de gedetineerde scheidt. Aldus kan er een tafelbezoek plaatsvinden tussen beroepsindiener en zijn ouders, weliswaar onder voortdurend toezicht.