Ga verder naar de inhoud

BC/21-0204

Non fondée Beroepscommissie Commission d'Appel Disciplinaire
TUCHT - HOORPLICHT

Het beroep is gericht tegen de beslissing van de Klachtencommissie van Hasselt. De oorspronkelijke klacht was gericht tegen een tuchtbeslissing en De Klachtencommissie oordeelde bij deze beslissing dat de klacht ontvankelijk, maar ongegrond is.
Het RAD waar de directie zich op gebaseerd heeft is zeer duidelijk en uitvoerig omschreven, ook wat de rol van appellant betreft. In het RAD staat duidelijk dat appellant zijn medegedetineerde een vuistslag gaf aan de rechterkant van zijn gezicht en dat hij nadien wegging. De Beroepscommissie oordeelt dat de directie voldoende elementen had om de feiten als bewezen te verklaren. De Klachtencommissie is vrij om te bepalen of zij al dan niet voldoende elementen heeft in het dossier om niet tot een hoorzitting te moeten overgaan. Dat zij noch appellant, noch de medegedetineerde heeft gehoord doet niets af aan de geldigheid van haar beslissing.
Het beroep is ongegrond.