Ga verder naar de inhoud

KC21/21-0003

Fondée Compensation KC - Merksplas Commission des plaintes Disciplinaire
TUCHT - KWALIFICATIE INBREUK - RECHT OP TEGENSPRAAK - TEGEMOETKOMING

Er werd een tuchtprocedure jegens klager opgestart naar aanleiding van de feiten zoals omschreven in het RAD van 26 januari 2021 (het zogenaamde schijngevecht op de wandeling). Lopende deze procedure en meer bepaald ter gelegenheid van de tuchtrechtelijke hoorzitting legde klager twee brieven neer: enerzijds een brief inzake het schijngevecht, anderzijds een brief inzake vermeende handelingen van de PBA die het RAD jegens hem had opgesteld, waarbij het ontslag van de PBA wordt geëist. De directeur nam aldus kennis van deze twee brieven tijdens de tuchtrechtelijke hoorzitting. Uit de tuchtbeslissing blijkt dat klager niet alleen een tuchtsanctie opliep voor het schijngevecht, maar ook meteen voor deze brieven, die door de directie gekwalificeerd werden als het aanzetten tot of het voeren van collectieve acties die de veiligheid of de orde in de gevangenis ernstig in het gevaar brengen. Uit de motivering van de tuchtbeslissing blijkt dat het opleggen van de sanctie sterk beïnvloed werd door deze kwalificatie, met name uit de volgende bewoordingen: “Een tweede, en meer problematische brief bevat een formele klacht tegen de PBAP in kwestie, met zware beschuldigingen en eis tot ontslag en strafrechtelijke vervolging. Deze brief heeft hij laten ondertekenen door een 10-tal medebewoners. Dit laatste kan dan ook niet anders dan gezien worden als het aanzetten tot collectieve actie die de orde en veiligheid ernstig in het gedrang kan brengen (artikel 129,6° Basiswet). Een strenge sanctie dringt zich daarom op.” De Klachtencommissie oordeelt dat de rechten van verdediging van klager geschonden zijn in zoverre hij gesanctioneerd wordt voor feiten die hem niet eerst ten laste zijn gelegd conform artikel 144 §3 van de Basiswet. Hij noch zijn advocaat hebben zich hier ter zitting tegen kunnen verdedigen. Indien de directie het nodig achtte de brieven te bestraffen als zijnde een collectieve actie, had zij hiervoor een aparte tuchtprocedure moeten opstarten, waarbinnen betrokkene dan de nodige verweermiddelen had kunnen aanbrengen. De klacht is gegrond. De tuchtbeslissing wordt vernietigd. Klager krijgt een tegemoetkoming toegekend . Klager krijgt de keuze tussen zevenentwintig (27) extra telefoongesprekken bovenop het wettelijke minimum OF zevenentwintig (27) extra wandelingen bovenop het wettelijke minimum OF elf (11) extra bezoeken bovenop het wettelijke minimum.